Ik ben juist wel blij met dit artikel. Het geeft enkele voorbeelden die volgens mij juist heel herkenbaar kunnen zijn.
- Positief en niet zielig:
"Sindsdien is ze altijd een ‘overtuigde en erg gelukkige’ vrijgezel. ‘Taboe of niet, ik ben tevreden zoals ik ben. Ik mis helemaal niks." - Eerlijk over zijn twijfels:
"‘Als man van 35 is het best raar om als een van weinigen nog maagd te zijn. Vrienden, collega’s en andere mensen om mij heen hebben bijna allemaal relaties of zijn daar serieus mee bezig. Over mijn status als maagd heb ik het niet. Er zijn nou eenmaal verwachtingen als je 35 bent. Ik praat dus vrolijk mee met de jongens in de kleedkamer (soms verzin ik ook iets). Ergens van binnen weet ik dat dit nonsens is, toch houd ik de schijn op. Ik ben ook mentor, wat betekent dat ik af en toe gesprekken over seks met leerlingen moet hebben. Die zijn op zich al best ongemakkelijk, maar als iemand die geen eigen ervaring heeft met seks voel ik mij vaak een bedrieger." - Het percentage tussen 0,6% en 5,5%, eindelijk wat anders dan die eeuwige 1% van Bogaert.
OK, over de kop "Helemaal niet geïnteresseerd in seks" fronste ik even mn wenkbrauwen. Aseksualiteit gaat over (geen) seksuele
aantrekking, niet over '(geen) interesse in seks'.
Maar toch: zo'n kop trekt de aandacht, het artikel wordt gelezen, en daar gaat het om.
